Voorpagina Colofon Sponsoren en adverteerders Voorwoord Rederij Doeksen Rederij Doeksen - vervolg Geen HT-race, maar wel bungee-roeien en feest De Walvis Markante Roeier, Kyra Landsmeer Markante roeier, Merijn de Haas Dirk, havenmeester en vrijwilliger Terschellinger Roeivereniging Terschellinger Roeivereniging vervolg Sagitta sloepen zeilrace 2023 Reddingboot Brandaris KNRM zorgt voor veiligheid Oude bekende gespot! Startlijst HT 2023 Startlijst HT 2023 vervolg Roeien over de Atlantische Oceaan Eindelijk naar Terschelling! Eindelijk naar Terschelling! vervolg Stielen Bear Vrouwe Geertruida - Labora Stulti Polynoom Easedale Saint Brandarius whisky Oproep Sloeproeikalender 2023 Sleep- en keurcommissie (SKC) Gedragsregels voor roeiteams en volgboten Voorbeeld Routekaart en Boeienlijst Verplichte inleverprocedure Tips en adviezen Voor de HT-roeirace: Volg de juiste route, niet je voorganger Informatie voor volgboten en sloepen

Reddingboot Brandaris

100 jaar oude legende

Vuurtoren Brandaris is natuurlijk het meest in het oog springende monument op Terschelling, maar de naamgenoot, de 100-jarige reddingboot ‘Brandaris’ is bijna evenzo legendarisch. Je kan haar zien liggen aan de steiger bij de oude reddingbootschuur.

19 Maart 1923 voer ze voor het eerst de haven van Terschelling binnen. Er was vreugde dat Terschelling een hypermoderne reddingboot kreeg, tenslotte was de ‘Brandaris’ de eerste dubbelschroefsmotorreddingboot ter wereld, maar er kwam ook veel verdriet boven bij de eilanders. Het was namelijk de tweede reddingboot met die naam. De eerste, die vanaf 1910 dienstdeed op het eiland, was in oktober 1921 vergaan tijdens een reddingtocht naar de Duitse schoener ‘Liesbeth’, die bij Texel in de problemen was gekomen. Het stormde vreselijk en de zee was woest die dag. Bij het schip aangekomen bleek de bemanning al van boord te zijn gehaald door de roeireddingboot van Texel. Tijdens de terugtocht werd de reddingboot nog gezien vanaf het duin van Vlieland. Daarna moet ze zijn verdwenen in de golven. Sommige Vlielanders zeiden een petroleumlucht te hebben geroken. Anderen meenden een explosie te hebben gehoord. Van de vierkoppige bemanning werd alleen het lichaam van de 36- jarige schipper Wiegman later teruggevonden. De overige drie zijn voorgoed op zee gebleven. Het schip is nooit teruggevonden. De komst van de tweede Brandaris riep dus dubbele gevoelens op.

De ‘Brandaris’ is gebouwd op de Kromhoutwerf in Amsterdam. Tijdens de eerste tochten bleek dat er nog wat aanpassingen nodig waren om het schip geschikt te maken voor het varen op ruwe zee en ook de jaren daarna worden er regelmatig verbeteringen aangebracht.

De ‘Brandaris’ zal 37 jaar, tot 1960 op Terschelling gestationeerd zijn, waarna zij opgevolgd wordt door de ‘Carlot’. De ‘Brandaris’ doet daarna nog enkele maanden dienst op reddingstation Oostmahorn en nog 5 jaar op station Scheveningen. In 1965 keert ze nog een keer terug naar Terschelling, waar ze de ‘Carlot’ enkele maanden vervangt. Daarna is haar tijd als reddingboot voorgoed voorbij.

In de 43 jaar dat de ‘Brandaris’ dienst doet, is ze bij 373 acties betrokken, waarbij 519 mensen zijn gered. Op 10 oktober 1926 is de eerste grote actie. Het stoomschip ‘Wisla’ raakt in nood en strandt op de Jacobsruggen. De bemanning van de ‘Brandaris’ redt 16 opvarenden, 2 anderen blijken al overboord te zijn geslagen en verdronken. Als 2 dagen later de storm afgenomen is, gaat de bemanning opnieuw aan boord, tezamen met bergers en ambtenaren die moeten toezien of alles ‘fiscaal gezien’ goed verloopt. Maar als de storm opnieuw oplaait, wordt opnieuw de ‘Brandaris’ opgeroepen, waarbij die dag 39 mensen van boord worden gehaald.

Ook tijdens de oorlog vaart de ‘Brandaris’ gewoon door, al is het werkterrein dan extra risicovol. Niet alleen moet men dan regelmatig met storm en zware zee rekening houden, maar de zee is letterlijk veranderd in een mijnenveld, waar men ook de jaren na de oorlog nog vaak mee te maken heeft.

De meest legendarische actie is wel de redding van alle 26 bemanningsleden van de Poolse ‘Katowice’ op 1 maart 1949. De ‘Brandaris’ is op de terugweg naar het eiland na een controletocht tijdens een storm die af en toe aanwakkert tot een orkaan als ze een oproep krijgen dat er een schip doormidden gebroken is 6 mijl NW van de Brandaris. Te midden van de kolkende zee, terwijl de grondzeeën over het schip spoelen, staan de opvarenden op het voorschip.

De bemanning van de ‘Brandaris’ moet hun uiterste best doen om in de woeste zee bij het wrak te komen. Uiteindelijk lukt het en kunnen alle 26 bemanningsleden op de reddingboot springen. De bemanning wordt twee keer gehuldigd, een maand na de redding door de N&ZHRM en een jaar later door de consul-generaal van Polen in Amsterdam.
Na haar 43-jarig dienstverband als reddingboot, wordt de ‘Brandaris’ verkocht en als motorjacht gebruikt. Bij enkele mensen begint het nadat ze de Brandaris weer zien te kriebelen: ‘De ‘Brandaris’ terug naar Terschelling, hoe mooi zou dat zijn?’ Uiteindelijk lukt dat. In eerste instantie is het de bedoeling haar wel in oude staat terug te brengen, maar haar weer vaarklaar maken zal niet lukken. Het is de bedoeling om haar te gebruiken als educatieve locatie om maritieme verhalen te vertellen. Maar uiteindelijk kunnen er toch twee ruim 50-jaar oude, maar vrijwel ongebruikte Kromhoutmotoren ingebouwd worden. Op 2 mei 2013 vaart de ‘Brandaris’ uiteindelijk opnieuw haar thuishaven Terschelling binnen.

Dankzij Stichting Vrienden van Motorreddingboot Brandaris, Stichting Museumreddingboot en vele vrijwilligers is het gelukt om haar te behouden en is ze nu te boeken voor zeehondentochten en rondvaarten. Ook voor asverstrooiingen wordt het schip gebruikt. In de wintermaanden bij vrieskou is ze nog steeds verbonden aan de KNRM, bij teveel ijsgang wordt ze gebruikt om voor de huidige reddingboot, de Arie Visser, de weg vrij te maken. Deze 100-jarige legende is niet te stoppen!